Ik geen spreken een Nederlands

Dat was de eerste zin die Sophia sprak, toen ze als internationale student eerder dit jaar lid werd bij Sint Jansbrug. Sophia Lieske (18) komt uit Rockville, VS, vlakbij Washington DC en is na de zomer begonnen aan de studie Computer Science. Sinds dit jaar doen ook  internationale studenten mee aan de OWee, en kunnen ze een kijkje nemen in het Nederlandse studentenleven en zich inschrijven bij studentenverenigingen. Sophia koos voor Sint Jansbrug en zij niet alleen, nog vier andere internationale studenten werden bij ons lid. We spreken haar over haar verwachtingen, ervaringen en de Nederlandse taal. 

“Mijn moeder is Britse. Van haar hoorde ik verhalen over de Europese cultuur, bijvoorbeeld over interrailen en het Oktoberfest. Daarom wilde ik graag in Europa gaan studeren en Delft is de enige stad die Informatica in het Engels aanbiedt.” vertelt Sophia. Tijdens de OWee heeft ze overal rondgekeken, ook bij andere verenigingen. Sophia, “Ik had geen idee wat een studentenvereniging precies inhield, het is niet echt gelijk aan een fraternity of sorority. Die zijn gebaseerd op populariteit, maar dat vind ik echt niet leuk!” Bij Sint Jansbrug voelde ze zich meteen erg welkom: “Iedereen wilde, in het Engels, met me praten en de sfeer was goed.”

Wat ze kon verwachten van de introductietijd was haar wel geprobeerd duidelijk te maken, maar bleek toch niet helemaal goed overgekomen: “Kamp vond ik best wel leuk, want ik had al een keer iets soortgelijks meegemaakt, maar ik dacht dat je daarna echt lid zou zijn,” zegt Sophia. “De paklijst was, na het vertalen, een verrassing en ik had geen idee waar ik sommige dingen als een kraslot moest halen of dat er überhaupt zoiets als een Gamma of Action bestaat. Een dag voor kamp had ik niet eens een fiets.” Uiteindelijk is alles goed gekomen en is ze nu al een half jaar lid van de vereniging. 

Haar ouders vonden het vanaf het begin leuk dat ze zich bij Sint Jansbrug inschreef. “Mijn ouders steunen met heel erg in wat ik doe. Ik mis mijn familie dan ook het meeste,” vertelt Sophia. Ze wil graag aan haar ouders laten zien hoe het in Delft is, “mijn vader is zelfs al een keer in Delft en op Sint Jansbrug geweest.” Verder valt de heimwee naar huis wel mee, want de Amerikaanse cultuur mist ze niet echt. “Het studeren in Delft bevalt erg goed en ik wil in ieder geval nog wel een poosje in Delft blijven.”

Naast het borrelen, doet Sophia momenteel de Eerstejaars Diner commissie (EJD) en dat bevalt goed. “De mensen zijn leuk en ik vind het tof dat ik gevraagd ben. De notulen en vergaderingen zijn veelal in het Nederlands, maar daar leer ik goed van en ik ben niet bang om iets te vragen.” 

Iets vragen als je iets niets snapt, is volgens Sophia voor sommige internationale studenten nog wel een struikelblok. ”Bij Sint Jansbrug is iedereen erg open en wil je helpen of dingen voor je vertalen.” Dat laatste zorgt ervoor dat ze in de praktijk Nederlands leert, want een cursus Nederlands volgen kost veel tijd en die tijd steekt ze liever in haar studie. 

Ondanks alle hulp blijft die taalbarrière soms lastig, dat blijkt wanneer ze haar zelfbedachte ‘Three Dutch Rule’ uitlegt: “Wanneer er in een gesprek drie of meer Nederlanders zijn, gaat het (onbewust) over in het Nederlands. Mijn eerste Nederlandse zinnetje was ‘Ik geen spreken een Nederlands’ en daarna wil gelukkig iedereen altijd wel helpen of iets vertalen. Leden zijn altijd bereid om Engels te spreken en dat motiveert mij ook om Nederlands te leren.” Dat is dan ook haar doel, binnen een jaar goed Nederlands spreken. “Ik heb gelukkig nog een paar maanden,” zegt ze lachend. 

Reacties

Er zijn (nog) geen reacties op dit bericht. Ben jij de eerste?

Praat zelf mee